Alfa Laval bouwt in het Deense Kopenhagen een state-of-the-art Food Innovation Centre . Daar gaat het voedselproducenten ondersteunen bij de uitdagingen van het uitbreiden van de voedselproductie voor een groeiende wereldbevolking en het minimaliseren van de impact op het milieu.
Food Innovation Centre
Sammy Hulpiau, president van de Food & Water Division van Alfa Laval: “We zien het als onze rol om de essentiële transitie van het wereldwijde voedselsysteem mogelijk te maken. Dit om zowel aan de toenemende vraag naar voedsel te voldoen als om voedsel op een radicaal andere manier te produceren. Met minder water, minder energie en met een holistische benadering van hulpbronnen. Voor ons is dit wat pionieren met positieve impact echt betekent.”
Het centrum zal zich richten op innovatieve oplossingen om de efficiëntie, duurzaamheid en veerkracht van de voedselproductie te verbeteren.
De werkzaamheden aan de nieuwe faciliteit startten al en de opening staat gepland voor 2027. Het ongeveer 1.200 m² grote complex inclusief bezoekerscentrum komt in het hart van de bio-oplossingenscene van Denemarken en de sterke academische basis van de regio Kopenhagen en Zuid-Zweden.
Alfa Laval
Het centrum gaat voedselproducenten voorzien van de benodigde tools en kennis, gebruikmakend van zowel bestaande technologie als toekomstige innovaties, denk aan AI en digitalisering.
“Met ons scala aan technologieën, oplossingen en competenties bevindt Alfa Laval zich in een sterke positie om voedsel- en drankenproducenten in staat te stellen een veel grotere verantwoordelijkheid te nemen in hun toeleveringsketen. Wij geloven dat onze inspanningen het wereldwijde voedselsysteem in staat moeten stellen een groeiende wereldbevolking binnen de planetaire grenzen te voeden”, aldus Lars Dithmer, president Alfa Laval Business Unit Food Systems.
State-of-the-art
De faciliteit richten zich op twee hoofdgebieden: conventionele voedingsmiddelen, ingrediënten en dranken; en voedsel van de volgende generatie. Het eerste deel omvat de ontwikkeling van processen en technologieën om voedzamer voedsel te produceren met hogere opbrengsten. Dat met minder energie, water en grondstoffen maar met het terugwinnen en upcyclen van hulpbronnen uit afvalstromen.
Voedsel van de volgende generatie omvat de ontwikkeling van nieuwe processen en technologieën voor nieuw plantaardig en fermentatiegebaseerd voedsel. Van proof of concept via opschaling tot industriële productie om een radicaal verminderde milieu-impact te bereiken.
Holistische benadering
Johan Agrell, vice-president van de Next-generation Food, Food & Water Division: “Deze test- en ontwikkelingsfaciliteit van wereldklasse zal de uitdagingen van het leveren van voedsel vandaag en in de toekomst aanpakken. Het biedt een kans om samen te werken in het hele ecosysteem van voedselinnovatie met bedrijven en organisaties van elke omvang. Van startups tot wereldwijde voedselbedrijven tot de academische wereld. We zullen op verschillende manieren met hen samen werken om het goedkeuringsproces van de regelgevende instanties te helpen versnellen.”
De faciliteit zal volledige voedselverwerkingslijnen huisvesten en flexibel testen en ontwikkelen mogelijk maken om inzicht te krijgen in capaciteiten en prestatieniveaus.
“Het stelt ons in staat om concepten en ideeën te opperen en met hen samen te werken om vast te stellen hoe we deze het beste kunnen opschalen met behulp van de nieuwste technologieën”, aldus Agrell.
Alfa Laval ambieert om de faciliteit te gebruiken voor een holistische aanpak van de uitdagingen. Het kijkt daarbij naar innovatie en de manier waarop conventionele productiemethoden te verbeteren. Met verbeterde opbrengsten, minder energie en water met terugwinning en upccyling van alle hulpbronnen in afvalstromen.
In onze volgende online special, die eind maart verschijnt, besteden we uitgebreid aandacht aan de eiwitconversie en de nextgeneration food. Wil je daar nog iets aan bijdragen, mail dan naar pompnl@eisma.nl. Overigens ging ook Ron Dekeersmaeker al in op de uitdagingen in food van de toekomst in PompNL nr 5, 2025 pag. 6, 7 en 8.