Door de wereldwijde maatregelen tegen de verspreiding van het Corona-virus belandde het producentenvertrouwen in april 2020 op het laagste niveau sinds de start van het onderzoek in 1985.
Producentenvertrouwen
Het vertrouwen van de industriële ondernemers ging van 0,2 in maart naar -28,7 in april. Het CBS noemt het de sterkste afname ooit. Vooral het oordeel over de verwachte bedrijvigheid daalde ongekend sterk.
Het gemiddelde van de afgelopen twintig jaar bedraagt 0,8. Het vertrouwen van de ondernemers bereikte in februari 2018 de hoogste waarde (10,9) en in april 2020 de laagste waarde (-28,7). Voor het eerst na september 2014 telt ons land meer negatief gestemde ondernemers dan positief gestemde.
Sterkste daling ooit
Producenten in de industrie lieten zich in april ongekend negatief uit over de verwachte bedrijvigheid. Ze constateerden niet eerder zo’n verslechtering van de verwachte bedrijvigheid als een daling van de orderportefeuille. Ook het oordeel over de voorraden gereed product verslechterde sterk.
De meeste ondernemers verwachten bovendien de komende maanden nog meer vdaling van de productie dan dat ze lichtpuntjes zien.
Alle branches getroffen
In alle branches van de industrie daalde het producentenvertrouwen meer dan ooit. Het vertrouwen staat ook, behalve in de papier- en grafische sector en de aardolie- en chemische industrie, in alle branches op het laagste niveau ooit.
De bezettingsgraad van de machines en installaties in de industrie kwam begin april 2020 uit op 74,2 procent. Daarmee ligt de benutting van het machinepark op het laagste niveau sinds de start van de meting in 1989. Ook in onze belangrijke afzetmarkt, Duitsland daalde het vertrouwen in april naar het op een na laagste niveau ooit. Alleen in maart 2009 lag de ifo-index nog net iets lager. Het oordeel over de verwachte bedrijvigheid staat net als in Nederland op het laagste niveau ooit.
